Het lijkt wel alsof er nu overal stroppen opduiken. De meest spraakmakende zaak waren de recente lussen aan een boom in Jena, hetgeen tot een massaal protest leidde. En gisteren was New York aan de beurt. Een Afro-Amerikaanse professor aan de lerarenopleiding van Columbia University vond een strop aan haar deur. Ik ben natuurlijk naïef, maar dit associeer ik meer met het intolerante zuiden van vroeger, dan met het cosmopolitische New York van nu. De universiteit heeft ook geschrokken gereageerd, zeker omdat het vakgebied van de professor sociale gelijkheid is. Leerlingen omschrijven haar als 'een vertegenwoordigster van tolerantie en een exponent van onze multiculturele school'. Vandaag houdt de school een bijeenkomst om te praten over dit 'racistische incident'.
Columbia University kwam onlangs in het nieuws omdat ze de Iraanse leider Ahmadinejad had uitgenodigd om te spreken. Of de strop iets met deze lezing te maken heeft, is niet duidelijk. De online krant van de universiteit meldt overigens dat nog geen twee weken geleden graffiti op de school was aangetroffen. De bekladders lieten weten dat vele landen gebombardeerd moeten worden en 'Amerika voor witte Europeanen' is.
Lees ook:Het twistpunt is doodzwijgen of laten spreken
Lees ook:Ahmadinejad, de meest ongewenste gast
Lees ook:New York komt met ‘Dag tegen de Haat’
Lees ook:New York onder sneeuwdeken
Lees ook:New Yorkse metro, luid genoeg voor gehoorbeschadiging